Nederlandse autoriteiten maken gezondheidsjournalisten monddood en beperken vrijheid van meningsuiting.
Gezondheidswinkels verkopen honderden producten die weldadig zijn voor mensen met praktisch elk denkbare aandoening. Hieraan is nu abrupt een einde gekomen. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft nieuwe regels opgesteld om de concentratie van vitaminen, mineralen, aminozuren en essentiële oliën te beperken tot een niveau dat de werkzaamheid waar we eeuwenlang profijt van hebben gehad, tenietdoet. Alles met een hogere concentratie mag alleen nog door een arts worden voorgeschreven en worden aangeschaft voor dramatisch hogere prijzen. Dit is geen onheilstijding, maar realiteit: elke overheid die het WHO-verdrag hierover tekent, moet zich al aan die regels houden. Zelfs in de Verenigde Staten, die op een zeer sterke grondwet kunnen bogen, zijn deze regels van kracht, want regelgeving die uit een verdrag voortkomt, kan zelfs boven een grondwet gaan. De Codex Alimentarius Commissie* (Codex) kwam in juni 2005 in Rome bij elkaar en legde de door de farmaceutische industrie afgedwongen standaarden vast in de Codexhandleiding, getiteld: ‘Richtlijn vitaminen en mineralen’. In Duitsland is deze regelgeving al ingevoerd en kun je alleen nog vitaminen in hoge doseringen krijgen als een arts een recept voor je uitschrijft. Ik vermoed dat veel regeringen dit voorbeeld zullen volgen, maar dat ze de wetsverandering geleidelijk invoeren, zodat het ongemerkt aan de bevolking voorbijgaat en niemand in opstand komt. Dit is vooral een verontrustende zaak gezien het feit dat farmaceutische medicijnen (en in deze situatie vooral alle pillen die men zonder recept kan krijgen) onder de Codexregeling makkelijker verkrijgbaar zullen zijn dan vitaminepillen.
Je vraagt je misschien af waarom een regering een wet zou invoeren die de vrije verkoop van vitaminen, mineralen en voedingssupplementen illegaal maakt, maar verkoop van veel giftiger medicijnen toestaat. De farmaceutische industrie heeft er niets aan wanneer mensen beter worden: ze maken alleen winst als iemand jaar in jaar uit doorgaat met symptoombestrijding. Dit vormt meteen de inleiding tot het volgende tijdperk van de geneeskunde, namelijk het tijdperk van de farmaceutische middelen oftewel chemische stoffen. Waarom ik chemische stoffen zeg? Omdat het dat zijn. Meestal wordt een medicijn ontwikkeld door uit te gaan van een kruid dat een heilzame werking heeft. Vervolgens wordt geprobeerd om de werkzame stof te isoleren. Maar daarop kun je nog geen patent aanvragen. En vergeet niet, alleen als men exclusiviteit kan claimen, wordt er winst gemaakt. De volgende stap in het proces van medicijnen maken is het modificeren van de werkzame stof, zodat hij niet langer natuurlijk is.
Zo verkrijgen we een chemische stof. Misschien vraag je je af wat daar zo erg aan is, maar je moet begrijpen dat de organische systemen in het lichaam alleen zijn toegerust op afbraak van organische materialen. Het gaat dus om een stofje, een medicijn, dat niet door het lichaam kan worden afgebroken. Een gifstof dus. We hebben een complete industrie die speciaal is opgezet om gifstoffen te produceren, terwijl we natuurlijke, organische stoffen zouden kunnen gebruiken die veel efficiënter samenwerken met het lichaam en met alle andere natuurlijke componenten van de oorspronkelijke, organische substantie of plant. Neem bijvoorbeeld een van de bestsellers aller tijden onder de medicijnen: valium. Valium wordt gemaakt van de valeriaanwortel. Die wortel is een van de beste natuurlijke kalmeringsmiddelen en verdovende middelen. Er is nog nooit iemand aan valeriaanwortel verslaafd geraakt. Maar een bedrijf kan geen patent aanvragen opvaleriaanwortel.
Het is een natuurproduct. Door valeriaanwortel te synthetiseren ten behoeve van een veel sterker, patenteerbaar medicijn, is wereldwijd de behoefte ontstaan aan klinieken waar je kunt afkicken van valium.
*Codex is een hulporgaan van de Voedsel‐ en Landbouworganisatie (FAO) van de Verenigde Naties en de Wereld GezondheidsOrganisatie (WHO). Codex ontwikkelt internationale voedselveiligheids‐ en kwaliteitsnormen, zoals normen voor de veiligheid van levensmiddelenadditieven. Normen die door de Codex worden gesteld, gaan uit van wat in een minder ontwikkeld land minimaal haalbaar is.
Deze Codex heeft meer dan 170 lidstaten binnen het raamwerk, waaronder de EU en de VS die al decennia lang deelnemen. De Commissie voor de Codex Alimentarius is verantwoordelijk voor het opstellen van richtlijnen, standaarden en aanbevelingen, die de richting van de wereldwijde voedselvoorziening begeleiden. Het richt zich erop, ons te kunnen aangeven wat veilig is, maar in dit proces gebruikt het vaak criteria die gemanipuleerd worden ter ondersteuning van de belangen van de grootste multinationals ter wereld.
De ‘Codex Alimentarius’, het uitvloeisel van een industrieel oud Nazi-idee..!
Codex Alimentarius beweert dat connecties met oud-Nazi-IG Farben-figuren niet juist is. Maar waarom weigert de Codecommissie dan de namen vrij te geven van de oprichters van deze organisatie? Behalve dat deze Codecommissie tot stand kwam onder de vleugels van de FAO en de WHO (Wereldgezondheidsorganisatie). De commissie geeft echter wel toe, dat, voordat Codex Alimentarius bekend werd als een overheidsorganisatie, het een INDUSTRIE was, totdat deze onder auspiciën van de VN kwam…! De ‘Raad van de Codex Alimentarius Europaeus’, was een organisatie die in 1958 werd gevormd door Europese industrieën en industriëlen!
De industriële organisaties die deze ‘Codex Alimentarius’ onder hun vleugels namen, dus vóór de VN dat deed, waren de ‘Internationale Commissie voor Landbouw industrieën’ en het ‘International Bureau voor Analytische Chemie’…! En dan is het natuurlijk helemaal duidelijk: het waren de naoorlogse titanen van o.a. IG Farben, die deze industrieën bestuurden en degenen waren die betrokken waren om deze Codecommissie in het leven te roepen. En wie waren de meest prominente leden van deze industrieën..? Natuurlijk, de heren achter IG Farben…!
Er is heel wat goedgelovigheid voor nodig om te suggereren dat de IG Farben-titanen, die dus later werden gesplitst in Farben’s industriële trio, Bayer-BASF-Hoechst, NIET betrokken zouden zijn bij de totstandkoming van de ‘Codex Alimentarius’, een organisatie die is opgezet door industriëlen om hun business wereldwijd te promoten en harmoniseren..!
De tekst van de Codex Guideline on Vitamin and Mineral Food Supplements die nauw gebaseerd is op de EU Richtlijn, die in juli 2005 werd geratificeerd, maar eerder dit jaar heimelijk werd afgerond. Het wordt nu in veel delen van de wereld langzaam geïntegreerd als basis voor nationale en regionale wetgeving. De EU heeft voor het grootste deel de normen geaccepteerd en is bezig de Codex te implementeren, zodat alle landen in de EU uiteindelijk verplicht zijn zich te houden aan het hierin gestelde beleid en de aanbevelingen. Een van de landen dat dit platform zou moeten testen, is Nederland. De Europese verordening 432/20123 is een vastgestelde lijst van toegestane gezondheidsbeweringen voor levensmiddelen die geen ziekterisico kennen. Wie beslist of zij wel of geen ziekterisico hebben? De EFSA (European Food Safety Authority ‐ Europese Autoriteit voor voedselveiligheid), de ‘waakhond’ voor dergelijke regelgeving en behulpzaam bij het formuleren van opdrachten en het opstellen van de wetgeving. De EFSA is vergelijkbaar met de Amerikaanse FDA (Food and Drug Administration), behalve dan dat de EFSA toezicht houdt op de risicobeoordeling voor de gehele EU en zich voornamelijk richt op de voedselketen, terwijl het bereik van de FDA zich tot ver buiten de voedingsindustrie uitstrekt. De EFSA eist dat er een lijst met beweringen moet worden ingediend, samen met de voorwaarden die daarop van toepassing zijn en verwijzingen naar de relevante wetenschappelijke gegevens.
Wie bepaalt of het wetenschappelijk bewijs relevant is?
Je raadt het al: de EFSA, en hun wetenschappelijk advies wordt volgens de wetgeving beschouwd als geldig wetenschappelijk bewijs. Een zeer interessante opmerking over de tiende clausule van de wetgeving stelt, dat de Commissie een aantal ingediende evaluaties heeft, die verband houden met kruiden en ‘botanische stoffen’, waarvan de EFSA botweg heeft verklaard dat een nadere evaluatie nodig zal zijn voordat de Commissie in staat is om zijn ‘mening’ met betrekking tot de onderbouwing van deze claims naar buiten te brengen.Deze stoffen zullen niet worden goedgekeurd totdat deze evaluaties zijn afgerond. Dat betekent dat, ondanks dat veel van deze botanische stoffen diepe historische en intellectuele wortels hebben in de cultuur van veel Europese landen en al honderden, zo niet duizenden jaren bestaan, de EFSA zichzelf nu waarnemend God acht over de effectiviteit van deze stoffen en dat hun wetenschappelijke ‘mening’ duizenden jaren van empirisch bewijs kan aftroeven en teniet doen. Misschien wel het meest schadelijke artikel in deze wetgeving is de twaalfde clausule die voor onbepaalde tijd het vermogen van de gezondheidsjournalisten beperkt om natuurlijke gezondheid op enigerlei wijze te bevorderen. De clausule bepaalt dat er ‘door een entiteit geen gezondheidsbeweringen worden toegestaan, tenzij deze door de EFSA zijn onderbouwd met een gunstige evaluatie en dat er GEEN OORZAKELIJK VERBAND kan worden gelegd tussen de claim en een levensmiddelencategorie, of een van de onderdelen ervan, tenzij goedgekeurd’.
Een voorbeeld:
De uitgever van een populair Nederlands tijdschrift kreeg kortgeleden een waarschuwing van de NVWA, met daarbij de dreiging van een boete van € 30.000,- als hij het strafbare feit zou herhalen. In een column schreef een redacteur over een specifiek merk chocolade. De fabrikant van die chocolade beweert dat dit een positief effect heeft op diabetes. Flavonoïden, antioxidanten in chocolade, zijn wetenschappelijk bekrachtigd waar het de mogelijkheid betreft de gevoeligheid van het lichaam voor insuline te verbeteren, wat direct ten goede komt aan mensen met diabetes. Dit werd belachelijk gemaakt door de NVWA die vol hield dat een journalist geen verband zou mogen herhalen tussen een specifiek levensmiddel of zijn ingrediënten en dit in verband te brengen met de preventie van ziekte, ongeacht de bewering van de fabrikant!
Op de website van de NVWA geven zij het uitstellen van consensus over alle aanspraken van welke partij ook, die stellen dat een voedingsmiddel of ingrediënt ziekte kan genezen, behandelen of voorkomen, naar de EFSA toe:
- Productnamen mogen niet in verband worden gebracht met medische beweringen
- Uitgevers van tijdschriften mogen geen producten aanbevelen met medische beweringen.
- Medische beweringen in levensmiddelen informatiebrochures, die speciaal zijn ontworpen voor wederverkopers en professionals (zoals artsen of therapeuten) zijn verboden.
- Advertenties over voedingsproducten mogen niet verwijzen naar andere documenten of websites die medische beweringen (over het product of de ingrediënten daarvan) bevatten.
- Als een bepaald voedingsmiddel wordt geadverteerd op een website, mag er geen enkel verband of koppeling, waar dan ook op die website, staan naar medische informatie over het product of een van de bestanddelen.
- Een website met een bepaald voedingsproduct mag niet linken of verwijzen naar pagina’s buiten de site met medische informatie met betrekking tot deze producten, ongeacht wat de aard van die medische informatie is. Zelfs medische claims voor producten in een chatroom op het internet zijn verboden.
Onder de nieuwe richtlijnen zal elke website die een medische bewering maakt, ten eerste toestemming daartoe nodig hebben en ten tweede wordt het verboden om enige andere bewering met betrekking tot bijvoorbeeld voedingswaarde, of het identificeren van een andere waarde (of het ontbreken daarvan) van specifieke ingrediënten te uiten. Een specifieke website zal dus niet in staat zijn om bijvoorbeeld, zonder goedkeuring, chocolade te associëren met een voordeel voor de gezondheid. Dezelfde beperking geldt voor alle websites die advertenties of links naar andere websites bevatten, die daar hun eigen gezondheidsclaims met betrekking tot de voordelen van chocolade maken. Kun je je de omvang van de beperkingen voorstellen die dit soort verordeningen zal proberen af te dwingen? Ik denk echt niet dat de mensen in Nederland iets te vrezen hebben. Ieder stuk papier dat probeert om controlemaatregelen vast te stellen met zoveel angst en controle in het achterhoofd gaat slechts één kant uit… doorspoelen in het toilet. Je mag niet meer zeggen dat voedsel gezond voor je is; slecht voedsel, zoals dit junkfood, blijft in de markt! Je mag wel zeggen dat dit slecht voor je is!? Het zal net zo gaan als met de boetes die miljoenen mensen een jaar of tien geleden boven het hoofd hingen voor de auteursrechten van muziek downloads op het internet. Waar zijn al die bedreigingen gebleven? Er zijn een paar mensen tot voorbeeld gemaakt. Andere mensen ontwikkelden vervolgens peer‐to‐peer en torrents om centralisatie te omzeilen. De bureaucraten hadden vervolgens geen idee hoe dit moest worden tegengegaan, of hoe een niet‐afdwingbare boete zou moeten worden afgedwongen.
Wat de EFSA en de NVWA zich niet realiseren
Mensen willen niet worden gecontroleerd op het internet. Die tijd is gekomen en is weer gegaan. Censuur leeft nog steeds in grote delen van de wereld, waaronder de Verenigde Staten en vele andere ontwikkelde landen. Wat de EFSA en de NVWA met dit soort regelgeving willen proberen te controleren zal echter onvermijdelijk tegen deze controlematrix gaan werken. Het zal mensen verder duwen dan wat zij acceptabel achten. Als dat gebeurt is er een omslagpunt, dat de ontwerpers van dergelijke draconische wetgeving over het algemeen niet zien, omdat ze zo met zichzelf bezig zijn in hun eigen kracht, dat zij niet beseffen dat ze echt geen macht over de mensen hebben. Het resultaat is weerstand, verzet en uiteindelijk een uiteenvallen van alle regelgeving waarvan zij dachten dat die uitvoerbaar was.